Item: Ontvangen of geplande behandelingen en programma’s
Item: Preventie | Item: Ontvangen of geplande behandelingen en programma’s | Item: Reguliere zorg |
Terug naar sectie Behandelingen en procedures |
Inhoud
- 1 Bedoeling
- 2 Definities
- 2.1 Behandelingen
- 2.1.1 a. Chemotherapie
- 2.1.2 b. Dialyse
- 2.1.3 c. Infectiecontrole of isolering/quarantaine
- 2.1.4 d. Infuusmedicatie
- 2.1.5 e. Zuurstoftherapie
- 2.1.6 f. Bestralingstherapie
- 2.1.7 g. Aspiratie van neus, keel of bovenste luchtwegen
- 2.1.8 h. Tracheostomazorg
- 2.1.9 i. Transfusies
- 2.1.10 k. Ventilator of beademing
- 2.1.11 l. Wondzorg
- 2.2 Programma's
- 2.1 Behandelingen
- 3 Proces
- 4 Codering
Bedoeling
Het vaststellen van alle speciale behandelingen, therapieën of programma’s die de cliënt in de aangegeven periode heeft ontvangen. Ga de behandelingen en programma’s na die gedurende de tijd, die in het item is gespecificeerd, zijn ontvangen.
Definities
Behandelingen
De volgende behandelingen kunnen door een cliënt thuis, in een polikliniek of dagverpleging van een ziekenhuis, enzovoort zijn ontvangen. Codeer de items, ongeacht waar de cliënt de behandeling ontving.
a. Chemotherapie
Omvat elk type chemotherapie dat op gelijk welke manier toegediend is.
b. Dialyse
Omvat buik- of nierdialyse die in een polikliniek of in gelijk welk andere instelling plaatsvindt.
c. Infectiecontrole of isolering/quarantaine
Gedwongen isolering of beperking van de bewegingsvrijheid om de verspreiding van een besmettelijke ziekte te voorkomen.
d. Infuusmedicatie
Omvat elk geneesmiddel of biologisch middel (bijv. contrastvloeistof) dat door intraveneuze “push” of “drip” via een centraal of perifeer infuus wordt gegeven. Omvat geen doorstroommiddel (zout, heparine) en geen IV-vloeistoffen zonder geneesmiddelen.
e. Zuurstoftherapie
Omvat het continu of met tussenpozen toedienen van zuurstof via een masker, canule, enzovoort.
f. Bestralingstherapie
Omvat bestralingstherapie of het hebben van een stralingsbronimplantaat.
g. Aspiratie van neus, keel of bovenste luchtwegen
Uitzuigen van neus, keel of trachea met aspiratietoestel.
h. Tracheostomazorg
Omvat het schoonmaken van een tracheostoma, canule en omliggende huid.
i. Transfusies
Omvat transfusies van bloed of bloedproducten (bijv. bloedplaatjes).
k. Ventilator of beademing
Beademingsapparaat voor personen die niet in staat zijn hun eigen ademhaling zelf in stand te houden. Omvat elk type elektrisch of pneumatisch aangedreven apparaat dat de ademhaling ondersteunt. Elke cliënt die in de laatste 3 dagen minder afhankelijk werd en bijgevolg soms afgeschakeld wordt van een ventilator of beademingsapparaat, valt ook onder deze definitie en moet als dusdanig worden gecodeerd.
l. Wondzorg
Omvat:
- het aanleggen van verbanden, bijvoorbeeld:
- droge gaasverbanden
- verbanden gedrenkt in zoutoplossing of andere vloeistoffen
- doorzichtige verbanden
- hydrogel verbanden en verbanden met waterafstotende of wateraantrekkende deeltjes
- wondirrigatie
- zalf en huidpleisters om huidproblemen te behandelen, bijvoorbeeld:
- cortisone
- antischimmel preparaten
- chemotherapeutische middelen
- enz
- huidverwijdering (chemisch of chirurgisch) om vuil uit een wond of dood weefsel te verwijderen
- hechtingen verwijderen
Programma's
De volgende programma’s verwijzen ALLEEN naar programma’s die THUIS zijn ontvangen.
m. Mictie- of blaastraining
Een schema waarbij zorgverleners of familie elke dag, op geplande tijdstippen de cliënt naar het toilet begeleiden, of de cliënt bijvoorbeeld een urinaal geven, of de cliënt er aan herinneren naar het toilet te gaan.
n. Palliatief zorgprogramma
De cliënt kan in een terminaal stadium verkeren, hoewel niet noodzakelijk een prognose is afgegeven dat de cliënt nog slechts 6 maanden of korter heeft te leven. De zorg is erop gericht pijn en ongemaksymptomen te verlichten.
o. Wisselhoudingsprogramma
De cliënt wordt periodiek van de ene zijde op de andere zijde en op zijn/haar rug in bed gekeerd. Wanneer de cliënt is gekeerd, zorgt de zorgverlener er voor dat het hoofd, het bovenlichaam, de armen en benen zodanig zijn geplaatst dat zo min mogelijk ongemak en pijn worden ervaren en dat het functioneren wordt bevorderd. Dit geldt ook wanneer de cliënt bijvoorbeeld in een aangepaste zetel verblijft.
Proces
Neem het cliëntdossier door.
Codering
- Niet opgedragen EN kwam niet voor
- Opgedragen, niet uitgevoerd
- Op 1-2 van de laatste 3 dagen
- Dagelijks in de laatste 3 dagen